aantonen

Hello, you have come here looking for the meaning of the word aantonen. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word aantonen, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say aantonen in singular and plural. Everything you need to know about the word aantonen you have here. The definition of the word aantonen will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition ofaantonen, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.

Dutch

Etymology

From aan +‎ tonen.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈaːntoːnə(n)/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: aan‧to‧nen

Verb

aantonen

  1. (transitive) demonstrate, show, prove
    De studie moet aantonen dat de betrokken inrichting de meest energie-efficiënte is die economisch haalbaar is.
    The study must demonstrate that the facility in question is the most energy-efficient as is economically feasible.

Conjugation

Conjugation of aantonen (weak, separable)
infinitive aantonen
past singular toonde aan
past participle aangetoond
infinitive aantonen
gerund aantonen n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular toon aan toonde aan aantoon aantoonde
2nd person sing. (jij) toont aan, toon aan2 toonde aan aantoont aantoonde
2nd person sing. (u) toont aan toonde aan aantoont aantoonde
2nd person sing. (gij) toont aan toonde aan aantoont aantoonde
3rd person singular toont aan toonde aan aantoont aantoonde
plural tonen aan toonden aan aantonen aantoonden
subjunctive sing.1 tone aan toonde aan aantone aantoonde
subjunctive plur.1 tonen aan toonden aan aantonen aantoonden
imperative sing. toon aan
imperative plur.1 toont aan
participles aantonend aangetoond
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Derived terms

Anagrams