From Middle Dutch <span class="searchmatch">afscheren</span>, afsceren. Equivalent to af + scheren. IPA(key): /ˈɑfˌsxeː.rə(n)/ Hyphenation: af‧sche‧ren <span class="searchmatch">afscheren</span> (transitive) to shave...
morgen gaan ze de schapen scheren ― they will shear the sheep tomorrow <span class="searchmatch">afscheren</span> bijscheren over een kam scheren scheerapparaat scheermes scheerschuim...