jonger

jonger comparative degree of jonk Rhymes: -ɔŋər jonger comparative degree of jong jonge From dialectal Dutch jonger (“boy”), variant of jongen (also jong)...

jungiro

jungiro m apostle, disciple Declension of jungiro (masculine an-stem noun) Middle Dutch: jongere Dutch: jonger “jungiro”, in Oudnederlands Woordenboek, 2012...

jongere

Hyphenation: jon‧ge‧re jongere inflection of jonger, the comparative degree of jong: masculine/feminine singular attributive definite neuter singular attributive...

jonk

Proto-Indo-European *h₂yuh₁n̥ḱós. IPA(key): /jɔŋk/ jonk (attributive jong, comparative jonger, superlative jongste) young recent Inflection of jonk jong (more recent...

jonge

attributive jonge (dated or formal) singular present subjunctive of jongen jonger Compare Dutch jongen. IPA(key): /ˈjɔŋ.ə/ jonge boy, male kid, son (This...

zitje

(plural zitjes) diminutive of zit Dit zitje is niet geschikt voor kinderen jonger dan 6 maanden. This seat is not suitable for children under 6 months. ^...

kääd'l

kääd'l man 1912, Tijdschrift voor Nederlandsche taal— en letterkunde, volumes 31-32, page 309: En kääd'l had twî jongers; […] A man had two sons. […]...

twî

[tw̥iˑ] twî two 1912, Tijdschrift voor Nederlandsche taal— en letterkunde, volumes 31-32, page 309: En kääd'l had twî jongers; […] A man had two sons. […]...

häus

Nederlandsche taal— en letterkunde, volumes 31-32, page 309: En kääd'l had twî jongers; de êne blêv täus; de andere xöng vôrt f'n häus f'r en stat. […] A man...

xöng