German Schiene, English shin. IPA(key): /sxeːn/ Hyphenation: <span class="searchmatch">scheen</span> Rhymes: -eːn <span class="searchmatch">scheen</span> f (plural schenen, diminutive scheentje n) (chiefly plural) shin...
<span class="searchmatch">scheen</span> uit singular past indicative of uitschijnen schene uit, uitscheen, uitschene...
een blaauwe <span class="searchmatch">scheen</span> lopen (obsolete) From earlier blauwe <span class="searchmatch">scheen</span> (“romantic rejection”). Literally, “to get oneself a bruised shin”, referring to getting...
Hunsrik phrasebook Literally, “I thank nicely”. danke <span class="searchmatch">scheen</span> thank you very much Piter Kehoma Boll (2021) “danke”, in Dicionário Hunsriqueano Riograndense–Português...
Compound of <span class="searchmatch">scheen</span> (“shin”) + been (“bone”). Compare German Schienbein, English shinbone, Danish skinneben, Swedish skenben. IPA(key): /ˈsxeːn.beːn/ Hyphenation:...
uitscheen singular dependent-clause past indicative of uitschijnen <span class="searchmatch">scheen</span> uit, schene uit, uitschene...
Compound of <span class="searchmatch">scheen</span> + beschermer. IPA(key): /ˈsxeːn.bəˌsxɛr.mər/ Hyphenation: scheen‧be‧scher‧mer scheenbeschermer m (plural scheenbeschermers) a shinguard...
schene uit (dated or formal) singular past subjunctive of uitschijnen <span class="searchmatch">scheen</span> uit, uitscheen, uitschene...
uitschene (dated or formal) singular dependent-clause past subjunctive of uitschijnen <span class="searchmatch">scheen</span> uit, schene uit, uitscheen...
Rhymes: -eːnən schenen plural of <span class="searchmatch">scheen</span> schenen inflection of schijnen: plural past indicative (dated or formal) plural past subjunctive...