uitzaaien

Hello, you have come here looking for the meaning of the word uitzaaien. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word uitzaaien, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say uitzaaien in singular and plural. Everything you need to know about the word uitzaaien you have here. The definition of the word uitzaaien will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition ofuitzaaien, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.

Dutch

Etymology

From uit +‎ zaaien.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈœy̯tˌzaːi̯ə(n)/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: uit‧zaai‧en

Verb

uitzaaien

  1. (transitive) to broadcast (sow seeds over a wide area)
  2. (intransitive) to metastisize

Conjugation

Conjugation of uitzaaien (weak, separable)
infinitive uitzaaien
past singular zaaide uit
past participle uitgezaaid
infinitive uitzaaien
gerund uitzaaien n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular zaai uit zaaide uit uitzaai uitzaaide
2nd person sing. (jij) zaait uit, zaai uit2 zaaide uit uitzaait uitzaaide
2nd person sing. (u) zaait uit zaaide uit uitzaait uitzaaide
2nd person sing. (gij) zaait uit zaaide uit uitzaait uitzaaide
3rd person singular zaait uit zaaide uit uitzaait uitzaaide
plural zaaien uit zaaiden uit uitzaaien uitzaaiden
subjunctive sing.1 zaaie uit zaaide uit uitzaaie uitzaaide
subjunctive plur.1 zaaien uit zaaiden uit uitzaaien uitzaaiden
imperative sing. zaai uit
imperative plur.1 zaait uit
participles uitzaaiend uitgezaaid
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Derived terms

Wikious
Boobota
Sagapedia