Hello, you have come here looking for the meaning of the word
ze niet allemaal op een rijtje hebben. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word
ze niet allemaal op een rijtje hebben, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say
ze niet allemaal op een rijtje hebben in singular and plural. Everything you need to know about the word
ze niet allemaal op een rijtje hebben you have here. The definition of the word
ze niet allemaal op een rijtje hebben will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition of
ze niet allemaal op een rijtje hebben, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.
Dutch
Etymology
Literally, “to not have all in a row”.
Pronunciation
- IPA(key): /zə ˈnit ˌɑ.ləˈmaːl ɔp ən ˈrɛi̯.tjə ˈɦɛ.bə(n)/
Verb
ze niet allemaal op een rijtje hebben
- (intransitive) to have a screw loose, to be one brick short of a full load
Inflection
Conjugation of
ze niet allemaal op een rijtje hebben: see
hebben.
Synonyms