Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
all. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
all, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
all in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
all is hier. De definitie van het woord
all zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
all, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Angelsaksisch: eall (al, elke, geheel)
- Germaans: *allaz (al, geheel)
- Indo-Europees: *al- (al)
|
|
- West: Nederlands/Fries/Afrikaans: al, Schots: aw, Duits: all, Oudhoogduits: allīhho, Jiddisch: אַלץ (alts)
- Noord: Zweeds: all, Deens: al, Noors; all, alt, IJslands/Faeröers: allur
- Oost: Gotisch: alls
|
all
- al, alle
- «All my friends like classical music.»
- Al mijn vrienden houden van klassieke muziek.
- geheel
- «I have worked on this all day.»
- Ik heb hier de gehele dag aan gewerkt.
- iedereen
- «Justice voor all!»
- Gerechtigheid voor iedereen!
- Afkomstig van het Oudnoordse woord allr bn
all
- al, alle
all
- alle, geheel, al
- «Etter noen dager hadde han spist opp all maten.»
- Na een paar dagen had hij al het voedsel opgegeten.
- Afkomstig van het Oudnoordse woord allr bn
all
- al, alle
all
- alle, geheel, al
- «I eit halvt års tid brukte han nesten all fritida si på å skrive ein roman.»
- In een half jaar had hij bijna al zijn vrije tijd nodig om een roman te schrijven.
all
- al
all, o
- onbepaald nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud van all