binnendeur

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord binnendeur. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord binnendeur, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je binnendeur in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord binnendeur is hier. De definitie van het woord binnendeur zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbinnendeur, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
binnendeur
  • bin·nen·deur
enkelvoud meervoud
naamwoord binnendeur binnendeuren
verkleinwoord binnendeurtje binnendeurtjes

de binnendeurv / m

  1. (bouwkunde) een afsluiting tussen twee ruimtes in een gebouw
     Het sluiten van binnendeuren voor het slapen gaan geeft bijna drie keer zoveel tijd om te vluchten bij brand. Dat blijkt uit een praktijkproef van de Brandwonden Stichting en de brandweer. Gesloten deuren houden de rook – de grootste bedreiging bij brand – nog enige tijd buiten de slaapkamer.[2]
     Een gordijn aan de deur vloog in brand, maar kon snel worden gedoofd. De voordeur was verwoest en er sneuvelde ook een raam verderop in de gang. Door de luchtdruk van de ontploffing zit er een barst in een binnendeur.[3]
  2. (waterbeheer) de deur van een getijdesluis die aan de de kant ligt waar geen eb en vloed heersen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 4 november 2021 Weblink bron “Deuren sluiten verdrievoudigt overlevingskansen bij brand” (27-10-2016), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 4 november 2021 Weblink bron “Minder illegaal vuurwerk onderschept, maar vuurwerkbommen blijven” (30-12-2016), NOS