vervoeging van de bedrijvende vorm van cauteriseren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | cauteriseren | te cauteriseren | ||||||
toekomend | zullen cauteriseren | te zullen cauteriseren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gecauteriseerd | te hebben gecauteriseerd | ||||||
toekomend | gecauteriseerd zullen hebben | gecauteriseerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
cauteriserend | gecauteriseerd | ev. cauteriseer |
mv. verouderd cauteriseert |
cauterisere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | cauteriseer | cauteriseert | cauteriseert | cauteriseert | cauteriseert | cauteriseren | cauteriseren | cauteriseren | |
verleden (o.v.t.) | cauteriseerde | cauteriseerde | cauteriseerde | cauteriseerde | cauteriseerde | cauteriseerden | cauteriseerden | cauteriseerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal cauteriseren | zult/zal cauteriseren | zult/zal cauteriseren | zult cauteriseren | zal cauteriseren | zullen cauteriseren | zullen cauteriseren | zullen cauteriseren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou cauteriseren | zou cauteriseren | zou(dt) cauteriseren | zoudt cauteriseren | zou cauteriseren | zouden cauteriseren | zouden cauteriseren | zouden cauteriseren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gecauteriseerd | hebt gecauteriseerd | hebt/heeft gecauteriseerd | hebt gecauteriseerd | heeft gecauteriseerd | hebben gecauteriseerd | hebben gecauteriseerd | hebben gecauteriseerd | |
verleden (v.v.t.) | had gecauteriseerd | had gecauteriseerd | had gecauteriseerd | hadt gecauteriseerd | had gecauteriseerd | hadden gecauteriseerd | hadden gecauteriseerd | hadden gecauteriseerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal gecauteriseerd hebben | zal/zult gecauteriseerd hebben | zult/zal gecauteriseerd hebben | zult gecauteriseerd hebben | zal gecauteriseerd hebben | zullen gecauteriseerd hebben | zullen gecauteriseerd hebben | zullen gecauteriseerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gecauteriseerd hebben | zou gecauteriseerd hebben | zou/zoudt gecauteriseerd hebben | zoudt gecauteriseerd hebben | zou gecauteriseerd hebben | zouden gecauteriseerd hebben | zouden gecauteriseerd hebben | zouden gecauteriseerd hebben |