vervoeging van het Spaanse werkwoord chapotear Infinitief (infinitivo) Voltooid deelwoord (participio) Onvoltooid deelwoord (gerundio) chapotear chapoteado...
chapoteare aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van chapotear aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro)...
chapotearen aanvoegende wijs derde persoon meervoud toekomende tijd (futuro) van chapotear...
chapotearía eerste persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van chapotear derde persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van chapotear...
chapoteamos eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van chapotear...
tegenwoordige tijd (presente) van chapotear aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear gebiedende wijs (bevestigend...
eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van chapotear derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van chapotear...
enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear...
enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van chapotear...