construeren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord construeren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord construeren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je construeren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord construeren is hier. De definitie van het woord construeren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanconstrueren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • con·stru·e·ren
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘samenstellen’ voor het eerst aangetroffen in 1663 [1]
  • afgeleid niet van het Franse construire maar van het Latijnse 'cōnstruere' (met het voorvoegsel con-) met het achtervoegsel -eren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
construeren
construeerde
geconstrueerd
zwak -d volledig

construeren overgankelijk

  1. onderdelen tot een werkzaam geheel samenvoegen (ook (techniek) )
    • Romeinse ingenieurs construeerden een aquaduct om de stad van water te voorzien. 
  2. (wiskunde) een figuur vervaardigen met behulp van niet meer dan een rechte liniaal, een passer en schrijfgerei
    • Het is niet mogelijk om een trisectrice te construeren. 
  3. (werktuigbouwkunde) in tekening brengen (het werk van een constructeur)
  4. kunstmatig vormen b.v. een juridische constructie vervaardigen
    • Het concept ‘logica’s’, zoals beschreven door Mol, kan tenslotte gebruikt worden om verschillende patronen te construeren in het denken en handelen van deze actoren. [2] 
  5. (taalkunde) (zinnen) naar het gebruik en de regels van taal samenvoegen
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]