Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
copuleerde. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
copuleerde, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
copuleerde in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
copuleerde is hier. De definitie van het woord
copuleerde zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
copuleerde, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
copuleerde
- enkelvoud verleden tijd van copuleren
- Ik copuleerde.
- Jij copuleerde.
- Hij, zij, het copuleerde.