vervoeging van de bedrijvende vorm van elimineren | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | elimineren | te elimineren | ||||||||
toekomend | zullen elimineren | te zullen elimineren | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben geëlimineerd | te hebben geëlimineerd | ||||||||
toekomend | geëlimineerd zullen hebben | geëlimineerd te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
eliminerend | geëlimineerd | ev. elimineer |
mv. verouderd elimineert |
eliminere | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | elimineer | elimineert | elimineert | elimineert | elimineert | elimineren | elimineren | elimineren | |||
verleden (o.v.t.) | elimineerde | elimineerde | elimineerde | elimineerde | elimineerde | elimineerden | elimineerden | elimineerden | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal elimineren | zult/zal elimineren | zult/zal elimineren | zult elimineren | zal elimineren | zullen elimineren | zullen elimineren | zullen elimineren | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou elimineren | zou elimineren | zou(dt) elimineren | zoudt elimineren | zou elimineren | zouden elimineren | zouden elimineren | zouden elimineren | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb geëlimineerd | hebt geëlimineerd | hebt/heeft geëlimineerd | hebt geëlimineerd | heeft geëlimineerd | hebben geëlimineerd | hebben geëlimineerd | hebben geëlimineerd | |||
verleden (v.v.t.) | had geëlimineerd | had geëlimineerd | had geëlimineerd | hadt geëlimineerd | had geëlimineerd | hadden geëlimineerd | hadden geëlimineerd | hadden geëlimineerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal geëlimineerd hebben | zal/zult geëlimineerd hebben | zult/zal geëlimineerd hebben | zult geëlimineerd hebben | zal geëlimineerd hebben | zullen geëlimineerd hebben | zullen geëlimineerd hebben | zullen geëlimineerd hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geëlimineerd hebben | zou geëlimineerd hebben | zou/zoudt geëlimineerd hebben | zoudt geëlimineerd hebben | zou geëlimineerd hebben | zouden geëlimineerd hebben | zouden geëlimineerd hebben | zouden geëlimineerd hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm geëlimineerd worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt geëlimineerd | er is geëlimineerd | |||||||||
verleden | er werd geëlimineerd | er was geëlimineerd | |||||||||
toekomend | er zal geëlimineerd worden | er zal geëlimineerd zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou geëlimineerd worden | er zou geëlimineerd zijn | |||||||||
lijdende vorm geëlimineerd worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | geëlimineerd worden | geëlimineerd te worden | ||||||||
toekomend | geëlimineerd zullen worden | geëlimineerd te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | geëlimineerd zijn | geëlimineerd te zijn | ||||||||
toekomend | geëlimineerd zullen zijn | geëlimineerd te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word geëlimineerd | wordt geëlimineerd | wordt geëlimineerd | wordt geëlimineerd | wordt geëlimineerd | worden geëlimineerd | worden geëlimineerd | worden geëlimineerd | |||
verleden (o.v.t.) | werd geëlimineerd | werd geëlimineerd | werd geëlimineerd | werdt geëlimineerd | werd geëlimineerd | werden geëlimineerd | werden geëlimineerd | werden geëlimineerd | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal geëlimineerd worden | zult geëlimineerd worden | zult geëlimineerd worden | zult geëlimineerd worden | zal geëlimineerd worden | zullen geëlimineerd worden | zullen geëlimineerd worden | zullen geëlimineerd worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou geëlimineerd worden | zou geëlimineerd worden | zou/zoudt geëlimineerd worden | zoudt geëlimineerd worden | zou geëlimineerd worden | zouden geëlimineerd worden | zouden geëlimineerd worden | zouden geëlimineerd worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben geëlimineerd | bent geëlimineerd | bent/is geëlimineerd | zijt geëlimineerd | is geëlimineerd | zijn geëlimineerd | zijn geëlimineerd | zijn geëlimineerd | |||
verleden (v.v.t.) | was geëlimineerd | was geëlimineerd | was geëlimineerd | waart geëlimineerd | was geëlimineerd | waren geëlimineerd | waren geëlimineerd | waren geëlimineerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal geëlimineerd zijn | zult geëlimineerd zijn | zult geëlimineerd zijn | zult geëlimineerd zijn | zal geëlimineerd zijn | zullen geëlimineerd zijn | zullen geëlimineerd zijn | zullen geëlimineerd zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geëlimineerd zijn | zou geëlimineerd zijn | zou/zoudt geëlimineerd zijn | zoudt geëlimineerd zijn | zou geëlimineerd zijn | zouden geëlimineerd zijn | zouden geëlimineerd zijn | zouden geëlimineerd zijn |