fang
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord fang. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord fang, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je fang in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord fang is hier. De definitie van het woord fang zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfang, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
 Niet te verwarren met: Fang
|
- fang
fang
- gebiedende wijs van fange
- fang
- Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord fang
| Naar frequentie | 6441 |
|---|
| enkelvoud | meervoud | |||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
| nominatief | fang | fanget | fang | fanga fangene |
| genitief | fangs | fangets | fangs | fangas fangenes |
fang o
- (anatomie) schoot
- overspanning, spanwijdte
- zo veel dat je kan nemen in je armen
- gerei, onderwerp, materiaal (b.v. een woordenschat)
- iets, dat iets kan opnemen (b.v. een windvang)
- (natuurkunde), (verouderd) vadem
- : favn
- : dyrefabel
- : gjerdefang
- : ordtilfang
- : tilfang
- : trefang
- : blikkfang
- : romfang
- : vindfang
- : spenn
- : et fang høy
een arm vol hooi
- : et fang ved
een arm vol brandhout