grootheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord grootheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord grootheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je grootheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord grootheid is hier. De definitie van het woord grootheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangrootheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • groot·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord grootheid grootheden
verkleinwoord - -

de grootheidv

  1. (wiskunde) zaak in zoverre die voor vermeerdering en vermindering vatbaar is, iets meetbaars en/of kwantificeerbaars
     Ingeborgs vader, baron Von Freital, geloofde niet in de liefde, maar des te meer in geld en afkomst, en vooral in de gunstige combinatie van die grootheden.[1]
  2. belangrijk personage
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044628142
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be