hustru

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hustru. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hustru, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hustru in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hustru is hier. De definitie van het woord hustru zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhustru, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hus·tru
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord hústrú
Naar frequentie 2100
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hustru     hustruen     hustruer     hustruerne  
genitief   hustrus     hustruens     hustruers     hustruernes  

hustru, g

  1. (familie) echtgenote


  • hus·tru
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord hústrú
Naar frequentie 2367
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hustru     m: hustruen
v: hustrua  
  hustruer     hustruene  
genitief   hustrus     m: hustruens
v: hustruas  
  hustruers     hustruenes  

hustru m / v

  1. (familie) echtgenote


  • hus·tru
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord hústrú
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hustru     hustrua     hustruer     hustruene  

hustru, v

  1. (familie) echtgenote


  • hus·tru
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord hústrú
Naar frequentie 1651
hustrus enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     hustru     hustrun     hustrur     hustrurna  
  genitief     hustrus     hustruns     hustrurs     hustrurnas  

hustru, g

  1. (familie) echtgenote
    «Morbrorn och hans fru har dömts för mord, hustrun till livstids fängelsestraff.»
    De oom van de moeder en zijn vrouw zijn worden veroordeeld voor moord, de vrouw tot levenslange gevangenisstraf.