impost

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord impost. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord impost, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je impost in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord impost is hier. De definitie van het woord impost zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanimpost, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • im·post
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord impost imposten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de impostm

  1. accijns
  2. (bouwkunde) de horizontale lijst of band, waarop een boog steunt

Gangbaarheid

31 % van de Nederlanders;
34 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen