improviseren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord improviseren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord improviseren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je improviseren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord improviseren is hier. De definitie van het woord improviseren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanimproviseren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • im·pro·vi·se·ren
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘voor het ogenblik bedenken’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • van Frans improviser met het achtervoegsel -eren [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
improviseren
improviseerde
geïmproviseerd
zwak -d volledig

improviseren

  1. inergatief iets bedenken zonder vooropgesteld plan
    • Ik heb geen tekst geschreven voor de toespraak, ik improviseer wel. 
  2. acteren zonder script.
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]