Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
joel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
joel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
joel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
joel is hier. De definitie van het woord
joel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
joel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
joel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van joelen
- gebiedende wijs van joelen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van joelen
joel
- (religie)(kerst)(feest) kerst; de periode van kerstavond tot en met tweede kerstdag
- (feest) joelfeest; Germaans feest, gevierd in de dagen rond de winterzonnewende
- Christfest, juulfeest, juultyd, kaarst, käärstmissen, karsemes, karst, kärst, karsttied, kas, kasfees, kast, kastdaegen, kastfeest, kastmis, kerst, kìrst,kìrsttied, midwinter, mirreweenter, Wiehnacht, Wiehnachten, Wiehnachtstied, wienachten, wienachtstied
- Juulfest, midwinter
joel
- (religie)(kerst)(feest) kerst; de periode van kerstavond tot en met tweede kerstdag
- (feest) joelfeest; Germaans feest, gevierd in de dagen rond de winterzonnewende
- juulfeest, juultyd, karst, kas, kast
- midwinter