Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
kier. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
kier, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
kier in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
kier is hier. De definitie van het woord
kier zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
kier, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Fries, in de betekenis van ‘spleet’ voor het eerst aangetroffen in 1887
de kier v / m
- een dunne opening
- De deur staat op een kier.
- ▸ Door een kier onder de deur kwamen er steeds sneeuwvlokken naar binnen gewaaid en ik voelde mijn slaapzak langzaam vochtig worden.
- de deur op een kier zetten
verklaren dat iets misschien wel zou kunnen
- ∗ In het debat over de Voorjaarsnota zette premier Rutte vanmiddag de deur op een kier voor een voorstel van de linkse oppositiepartijen. Die willen mensen die nu ook al zorgtoeslag krijgen, een 'najaarstoeslag' van 500 euro geven.
kier
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kieren
- gebiedende wijs van kieren
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kieren
99 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.
|
- ↑ "kier" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kier op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Weblink bron “Rutte wil kijken naar toeslag van 500 euro voor lage en middeninkomens” (15 juni 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be