knechtschap

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord knechtschap. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord knechtschap, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je knechtschap in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord knechtschap is hier. De definitie van het woord knechtschap zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanknechtschap, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • knecht·schap
enkelvoud meervoud
naamwoord knechtschap knechtschappen
verkleinwoord

het knechtschapo

  1. het moeten gehoorzamen en dienen van een meester
     Hij bepraatte haar, begeesterde haar... en zij, afgestompt door bijna twee jaar Canadees knechtschap, liet zich meeslepen door zijn enthousiasme, zijn goddelijke bevlieging, waarin ze onmogelijk zijn venijn en razernij van de sneeuwnacht van '77 kon ontdekken.[2]
     Het was Gods onuitsprekelijke trouw en genade, in de Zoon van Zijn liefde, Die zo’n zondaar verwaardigt tot het kindschap en tot het knechtschap.[3]
     Hier krijgt het begrip 'gotspe' uit zijn mond een nieuwe dimensie. Het Monument op de Dam herinnert ons 365 dagen per jaar aan de donkere jaren van verlies van nationale identiteit, willekeur, knechtschap, dictatuur, executies.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023479925
  3. Bronlink geraadpleegd op 2 maart 2022 Weblink bron
    J. van ’t Hul
    “Onder opzien en bestrijding, met opening en zegen” (7 juni 2007), Reformatorisch Dagblad
  4. Bronlink geraadpleegd op 2 maart 2022 Weblink bron
    Jaap Hamburger
    “'Protest tegen Israël moet juist op de Dam'” (9 januari 2019), Het Parool