Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
koningschap. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
koningschap, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
koningschap in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
koningschap is hier. De definitie van het woord
koningschap zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
koningschap, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het koningschap o
- het geheel van wat het koning zijn inhoudt
- De voorstanders van het erfelijke koningschap wijzen er ook op dat de erfopvolger, de kroonprins of kroonprinses, meestal zeer ruim de tijd heeft om voor de functie van staatshoofd te oefenen. Zo krijg je personen die de fijne kneepjes van het linten knippen volledig onder de knie hebben en hun verveling bij staatsiediners perfect weten te verbergen. [1]
- ▸ In 1947 trouwde ze met Philip Mountbatten. De Grieks-Deense prins was verre familie van haar: beiden waren achterachterkleinkind van koningin Victoria. Het was een huwelijk uit liefde, iets wat onder gekroonde hoofden en hun families niet per se voor de hand lag. Ondanks spanningen in de eerste jaren van Elizabeths koningschap pakte het goed uit. Philip bleef altijd een belangrijke adviseur van zijn vrouw.[2]
96 % |
van de Nederlanders;
|
93 % |
van de Vlamingen.[3]
|