mail

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord mail. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord mail, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je mail in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord mail is hier. De definitie van het woord mail zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmail, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mail
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘brievenpost’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1847
enkelvoud meervoud
naamwoord mail mails
verkleinwoord mailtje mailtjes

Zelfstandig naamwoord

de mailv / m

  1. een elektronische brief
    • Die mails moet je niet openen, dat is allemaal spam. 
Gelijkklinkende woorden
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
mailen

mail

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mailen
    • Ik mail. 
  2. gebiedende wijs van mailen
    • Mail! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mailen
    • Mail je? 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen