mok

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord mok. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord mok, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je mok in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord mok is hier. De definitie van het woord mok zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmok, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • mok
  • In de betekenis van ‘kroes’ voor het eerst aangetroffen in 1611 [1] [2] [3] [4] [5] [6]
1 enkelvoud meervoud
naamwoord mok mokken
verkleinwoord mokje mokjes
2 enkelvoud meervoud
naamwoord mok -
verkleinwoord - -

de mokv / m [7] [8] [9]

  1. (gereedschap) (huishouden) een (stenen) drinkbeker, meestal voorzien van een oor [10]
    • Ik drink graag koffie uit een mok. 
  2. (diergeneeskunde) een verzamelnaam voor verschillende vormen van huidirritaties en -ontstekingen aan de onderbenen van een paard, voornamelijk in de kootholte [11]
  3. afkorting voor moeilijk opvoedbaar kind
vervoeging van
mokken

mok

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mokken
    • Ik mok. 
  2. gebiedende wijs van mokken
    • Mok! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mokken
    • Mok je? 
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[12]