vervoeging van de bedrijvende vorm van mystificeren | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | mystificeren | te mystificeren | ||||||||
toekomend | zullen mystificeren | te zullen mystificeren | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gemystificeerd | te hebben gemystificeerd | ||||||||
toekomend | gemystificeerd zullen hebben | gemystificeerd te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
mystificerend | gemystificeerd | ev. mystificeer |
mv. verouderd mystificeert |
mystificere | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | mystificeer | mystificeert | mystificeert | mystificeert | mystificeert | mystificeren | mystificeren | mystificeren | |||
verleden (o.v.t.) | mystificeerde | mystificeerde | mystificeerde | mystificeerde | mystificeerde | mystificeerden | mystificeerden | mystificeerden | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal mystificeren | zult/zal mystificeren | zult/zal mystificeren | zult mystificeren | zal mystificeren | zullen mystificeren | zullen mystificeren | zullen mystificeren | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou mystificeren | zou mystificeren | zou(dt) mystificeren | zoudt mystificeren | zou mystificeren | zouden mystificeren | zouden mystificeren | zouden mystificeren | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gemystificeerd | hebt gemystificeerd | hebt/heeft gemystificeerd | hebt gemystificeerd | heeft gemystificeerd | hebben gemystificeerd | hebben gemystificeerd | hebben gemystificeerd | |||
verleden (v.v.t.) | had gemystificeerd | had gemystificeerd | had gemystificeerd | hadt gemystificeerd | had gemystificeerd | hadden gemystificeerd | hadden gemystificeerd | hadden gemystificeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gemystificeerd hebben | zal/zult gemystificeerd hebben | zult/zal gemystificeerd hebben | zult gemystificeerd hebben | zal gemystificeerd hebben | zullen gemystificeerd hebben | zullen gemystificeerd hebben | zullen gemystificeerd hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gemystificeerd hebben | zou gemystificeerd hebben | zou/zoudt gemystificeerd hebben | zoudt gemystificeerd hebben | zou gemystificeerd hebben | zouden gemystificeerd hebben | zouden gemystificeerd hebben | zouden gemystificeerd hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm gemystificeerd worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt gemystificeerd | er is gemystificeerd | |||||||||
verleden | er werd gemystificeerd | er was gemystificeerd | |||||||||
toekomend | er zal gemystificeerd worden | er zal gemystificeerd zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou gemystificeerd worden | er zou gemystificeerd zijn | |||||||||
lijdende vorm gemystificeerd worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | gemystificeerd worden | gemystificeerd te worden | ||||||||
toekomend | gemystificeerd zullen worden | gemystificeerd te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | gemystificeerd zijn | gemystificeerd te zijn | ||||||||
toekomend | gemystificeerd zullen zijn | gemystificeerd te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word gemystificeerd | wordt gemystificeerd | wordt gemystificeerd | wordt gemystificeerd | wordt gemystificeerd | worden gemystificeerd | worden gemystificeerd | worden gemystificeerd | |||
verleden (o.v.t.) | werd gemystificeerd | werd gemystificeerd | werd gemystificeerd | werdt gemystificeerd | werd gemystificeerd | werden gemystificeerd | werden gemystificeerd | werden gemystificeerd | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal gemystificeerd worden | zult gemystificeerd worden | zult gemystificeerd worden | zult gemystificeerd worden | zal gemystificeerd worden | zullen gemystificeerd worden | zullen gemystificeerd worden | zullen gemystificeerd worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou gemystificeerd worden | zou gemystificeerd worden | zou/zoudt gemystificeerd worden | zoudt gemystificeerd worden | zou gemystificeerd worden | zouden gemystificeerd worden | zouden gemystificeerd worden | zouden gemystificeerd worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben gemystificeerd | bent gemystificeerd | bent/is gemystificeerd | zijt gemystificeerd | is gemystificeerd | zijn gemystificeerd | zijn gemystificeerd | zijn gemystificeerd | |||
verleden (v.v.t.) | was gemystificeerd | was gemystificeerd | was gemystificeerd | waart gemystificeerd | was gemystificeerd | waren gemystificeerd | waren gemystificeerd | waren gemystificeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gemystificeerd zijn | zult gemystificeerd zijn | zult gemystificeerd zijn | zult gemystificeerd zijn | zal gemystificeerd zijn | zullen gemystificeerd zijn | zullen gemystificeerd zijn | zullen gemystificeerd zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gemystificeerd zijn | zou gemystificeerd zijn | zou/zoudt gemystificeerd zijn | zoudt gemystificeerd zijn | zou gemystificeerd zijn | zouden gemystificeerd zijn | zouden gemystificeerd zijn | zouden gemystificeerd zijn |