10 Resultaten gevonden voor "nl/nl/haven".

haven

zelfstandig naamwoord haaf haven eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van havenen Ik haven.  gebiedende wijs van havenen Haven!  (bij inversie) tweede...


must-have

website: Etymologiebank.nl Weblink bron “Kwaliteit is een must-have en diversiteit een nice-to-have” (6 oktober 2020) op nrc.nl Weblink bron Milou van...


have

Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3 have op website: Etymologiebank.nl Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001). Door archive...


fluootje

staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie. Weblink bron Gearchiveerde versie “100 jaar Haven van Zeebrugge” (31 juli 2008) op nrc.nl...


havenarbeider

vindplaats hieronder. samenstelling van  haven  en  arbeider  de havenarbeider m (beroep) arbeider die in een haven werkt ▸ De fiscaal vraagt: „waarom keerde...


habeo

van habēre habeo op website: Etymologiebank.nl habeo op website: Etymologiebank.nl Hebben, haben, to have en avoir, avere, haber, Taal aan de wandel...


loods

(scheepvaart) een persoon die schepen begeleidt bij het varen van en naar een haven affuitloods, buitenloods, goederenloods, locomotiefloods, morsloods, opslagloods...


uitvalshaven

/ ˈœytfɑlsˌhavə(n) / (4 lettergrepen) uit·vals·ha·ven samenstelling van  uitval zn  en  haven zn  met het invoegsel -s-  de uitvalshaven v / m (scheepvaart) (militair)...


dok

schip ligt nu in dok voor reparatie.  (scheepvaart), (waterbeheer) een haven in een havencomplex waar schepen kunnen worden afgemeerd, wachten, geladen...


havezaat

Geluid:  havezaat    (hulp, bestand) ha·ve·zaat samenstelling van  have zn  en  zaat zn  de havezaat v / m havezate Het woord havezaat staat in de Woordenlijst...