hinkelepink hinkepink eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hinkepinken Ik hinkepink. gebiedende wijs van hinkepinken Hinkepink! (bij inversie)...
Geluid: hinkepinken (hulp, bestand) hin·ke·pin·ken uit het Frans hinkepinken mank lopen ▸ Winnaars zijn zwevers. Losers hinkepinken. En het toeval...