oef

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord oef. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord oef, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je oef in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord oef is hier. De definitie van het woord oef zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanoef, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • oef
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tussenwerpsel: uitroep van benauwdheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1808 [1]

oef

  1. een uitroep die inspanning of vermoeidheid uitdrukt
    • Oef, dat valt niet mee! 
  2. een uitroep die opluchting uitdrukt
    • Oef, blij dat we die klus vandaag nog hebben geklaard! 
80 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[2]