Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
omboorden. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
omboorden, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
omboorden in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
omboorden is hier. De definitie van het woord
omboorden zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
omboorden, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
(klemtoonhomogram)
ombóórden
- overgankelijk omgeven door een boord of met een rand
- Besluit de speelfilmer dat hij voor een scène een met narcissen omboorde oprijlaan nodig heeft, dan komt die er, ook al is het eind november en zal een aantal mopperende medewerkers de bloemen stuk voor stuk in de kille modder moeten steken. De documentaire filmer kan besluiten zoveel hij wil, zijn wens is hooguit verwachting en zelden wet. Zijn beslissingen zijn vrome dromen, waarvan hij alleen maar kan hopen dat ze bewaarheid worden in de schoonheid en samenhang die Milan Kundera eens heeft omschreven als "de compositie van het leven'. [3]
- Het wordt gedomineerd door een modieus Grand Café dat dreigend 'Gran Caffè Europa' heet, is omboord door schreeuwende billboards, wordt overstroomd door luidruchtige toeristen en biedt uitzicht op een batterij rokende fabriekspijpen. [4]
1. omgeven door een boord of met een rand
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als scheidbaar werkwoord.
ómboorden
- overgankelijk (bij tapijten en kleding) langs de randen versieren, van boordsel voorzien
- ▸ De buitenkant van de kleren is altijd rood, de binnenkant is ofwel met witte satijn geplooid of omplooid, ofwel „met een wit satijntje omgeboord”.[5]
- ▸ Aan een welsprekenden tegenstander.
Komt ge in uitnemendheid van woorden?
Schrijf recht en slecht, al is 't wat grof!
Een kleed zoo schittrend om te boorden,
Bewijst niet heel veel voor de stof.[6]
73 % |
van de Nederlanders;
|
86 % |
van de Vlamingen.[7]
|