Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
plaag. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
plaag, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
plaag in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
plaag is hier. De definitie van het woord
plaag zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
plaag, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Latijn plaga “slag”, “wond”, in de (christelijke) betekenis van ‘(door God gezonden) onheil’ voor het eerst aangetroffen in 1240.
de plaag v / m
- (religie) door God gezonden onheil, ramp
- (figuurlijk) een wijdverspreid ongemak of fysieke bedreiging veroorzaakt door een buitensporig optreden van organismen als insecten, bacteriën, knaagdieren enz
- Een dier dat in zijn land van herkomst een normaal deel van de natuur is, kan best ergens anders een plaag veroorzaken, zoals in Australië met de konijnen gebeurd is.
wijdverspreid onheil, ongemak
plaag
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plagen
- gebiedende wijs van plagen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plagen
99 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.
|