schedule

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord schedule. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord schedule, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je schedule in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord schedule is hier. De definitie van het woord schedule zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanschedule, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
enkelvoud meervoud
schedule schedules

schedule

  1. schema
  2. agenda
vervoeging
onbepaalde wijs to  schedule 
he/she/it  schedules 
verleden tijd  scheduled 
voltooid
deelwoord
 scheduled 
onvoltooid
deelwoord
 scheduling 
gebiedende wijs  schedule 

schedule

  1. een afspraak maken.
    «He scheduled an appointment for Tuesday.»
    Hij maakte een afspraak voor dinsdag.