Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
sloop. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
sloop, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
sloop in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
sloop is hier. De definitie van het woord
sloop zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
sloop, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘kussenovertrek’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1444 [1]
de sloop
- v/m of o: een stoffen omslag om een kussen
- Ik zal even een sloopje om dat kussen doen.
- m: de daad van het slopen, afbreken
- Dat schip is rijp voor de sloop.
1. een stoffen omslag om een kussen
2. de daad van het slopen, afbreken
sloop
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slopen
- gebiedende wijs van slopen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slopen
sloop
- enkelvoud verleden tijd van sluipen
- Ik sloop.
- Jij sloop.
- Hij, zij, het sloop.
- ▸ Het leek alsof er van alles om mijn tent heen sloop.[2]
- ▸ Het leek alsof de stevige en weelderige serveerster de vraag had begrepen, want ze sloop op haar tenen rond de tafel en ruimde stilletjes de lege bierglazen af.[3]
99 % |
van de Nederlanders;
|
97 % |
van de Vlamingen.[4]
|
- ↑ "sloop" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
sloop
- sloep