stampen/vervoeging

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord stampen/vervoeging. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord stampen/vervoeging, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je stampen/vervoeging in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord stampen/vervoeging is hier. De definitie van het woord stampen/vervoeging zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanstampen/vervoeging, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
vervoeging van de bedrijvende vorm van stampen
onbepaalde wijs kort lang
onvoltooid tegenwoordig stampen te stampen
toekomend zullen stampen te zullen stampen
voltooid tegenwoordig hebben gestampt te hebben gestampt
toekomend gestampt zullen hebben gestampt te zullen hebben
onvoltooid deelwoord voltooid deelwoord gebiedende wijs aanvoegende wijs
stampend gestampt ev.
stamp		 mv. verouderd
stampt		 stampe
aantonende wijs enkelvoud meervoud
onvoltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij, ge hij, zij, het wij, we jullie zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.) stamp stampt stampt stampt stampt stampen stampen stampen
verleden (o.v.t.) stampte stampte stampte stampte stampte stampten stampten stampten
toekomend (o.t.t.t.) zal stampen zult/zal stampen zult/zal stampen zult stampen zal stampen zullen stampen zullen stampen zullen stampen
voorwaardelijk (o.v.t.t.) zou stampen zou stampen zou(dt) stampen zoudt stampen zou stampen zouden stampen zouden stampen zouden stampen
voltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
tegenwoordig (v.t.t.) heb gestampt hebt gestampt hebt/heeft gestampt hebt gestampt heeft gestampt hebben gestampt hebben gestampt hebben gestampt
verleden (v.v.t.) had gestampt had gestampt had gestampt hadt gestampt had gestampt hadden gestampt hadden gestampt hadden gestampt
toekomend (v.t.t.t.) zal gestampt hebben zal/zult gestampt hebben zult/zal gestampt hebben zult gestampt hebben zal gestampt hebben zullen gestampt hebben zullen gestampt hebben zullen gestampt hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.) zou gestampt hebben zou gestampt hebben zou/zoudt gestampt hebben zoudt gestampt hebben zou gestampt hebben zouden gestampt hebben zouden gestampt hebben zouden gestampt hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gestampt worden
onvoltooid voltooid
tegenwoordig er wordt gestampt er is gestampt
verleden er werd gestampt er was gestampt
toekomend er zal gestampt worden er zal gestampt zijn
voorwaardelijk er zou gestampt worden er zou gestampt zijn


Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot