taalgids

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord taalgids. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord taalgids, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je taalgids in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord taalgids is hier. De definitie van het woord taalgids zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantaalgids, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Een taalgids van het Frans
  • taal·gids
enkelvoud meervoud
naamwoord taalgids taalgidsen
verkleinwoord taalgidsje taalgidsjes

de taalgidsm

  1. een boek (meestal in klein en dun formaat) dat gebruikt kan worden als beknopt naslagwerk voor onderweg of studie m.b.t. een (vreemde) taal, tegenwoordig vaak ook digitaal aangeleverd
    • Van der Berg: “Ik ben ervan overtuigd dat de taal van iedereen is, en uit het juridisch advies dat ik van tevoren heb ingewonnen, concludeer ik dat de taalregels niet iemands eigendom zijn.” Bij de nauwkeurige bestudering van allerhande boeken en taalgidsen is hem trouwens opgevallen dat je vaak dezelfde kwesties en ook dezelfde voorbeelden tegenkomt. [2] 
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Koos Metselaar 6 maart 1996
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be