Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
thuiskwam. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
thuiskwam, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
thuiskwam in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
thuiskwam is hier. De definitie van het woord
thuiskwam zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
thuiskwam, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
thuiskwam
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van thuiskomen
- ... dat ik thuiskwam.
- ... dat jij thuiskwam.
- ... dat hij, zij, het thuiskwam.
- ▸ Toen ik thuiskwam bleek mijn rol in het gezin lichtelijk te zijn veranderd.[1]
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers