traust

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord traust. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord traust, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je traust in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord traust is hier. De definitie van het woord traust zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantraust, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • traust
  • Afgeleid van het Oudnoorse woord traustr.
Naar frequentie > 50000
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud traust traustere traustest
o enkelvoud traust
meervoud trauste
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
trauste traustere trausteste

traust

  1. betrouwbaar, solide, stevig, stoer
  2. vrij hard, vast, dicht
  • en traust institusjon
een solide instelling
  • en traust kar
een stevige kerel, een beer van een man
  • en traust politisk profil
een solide politiek profiel


  • traust
  • Afgeleid van het Oudnoorse woord traustr.
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud traust traustare traustast
o enkelvoud traust
meervoud trauste
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
trauste traustare traustaste

traust

  1. betrouwbaar, solide, stevig, stoer
  2. stabiel
  3. vrij hard, vast, dicht
  • ein traust kar
een stevige kerel, een beer van een man
  • ein traust start
een stevige start
  • eit traust rekkverk
een stabiele leuning
  • traust fisk
vis met vrij dicht en stevig vlees