Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
vierde. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
vierde, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
vierde in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
vierde is hier. De definitie van het woord
vierde zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
vierde, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Afgeleid van het hoofdtelwoord vier met het achtervoegsel -de
vierde
- nummer vier in een rij
- ▸ Zo was de eenvoudige monnik uit Myra, die in de vierde eeuw plotseling in de geschiedenis kwam als de weldoener van alle mensen - en er korte tijd later weer uit verdween - nu in oost en west bekend.[1]
- gedeeld door vier
- Een vierde wordt ook wel een kwart genoemd.
1. nummer vier in een rij
2. gedeeld door vier (een
kwart)
vierde
- enkelvoud verleden tijd van vieren
- Ik vierde.
- Jij vierde.
- Hij, zij, het vierde.
- ▸ Iedereen vierde het feit dat de woestijn eindelijk achter de rug was door dagenlang bij te kletsen en te drinken.[2]
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[3]
|