Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
wablief. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
wablief, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
wablief in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
wablief is hier. De definitie van het woord
wablief zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
wablief, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘tussenwerpsel: vragende uitroep’ voor het eerst aangetroffen in 1887 [1]
- Verkorting van "wat belief je" oftewel "wat belieft u".[2]
wablief
- (verkorting) uiting van onbegrip of verbazing: vraag om opheldering, (letterlijk:) vraag naar iemands wens
- Heer Bommel laat zijn arm zakken en zet grote ogen op.
'W-Wablief?' vraagt hij ongelovig. [3]
- (spottend) uiting van verontwaardiging
- "Wablief? Jij denkt dat iedereen meedeed aan dat groepswerk?!..." [4]
76 % |
van de Nederlanders;
|
76 % |
van de Vlamingen.[5]
|
- ↑ "wablief" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ watblief in het Woordenboek der Nederlandsche Taal.
- ↑
Uitgeest
, Wil (2005). Tussen verwondering en verbijstering: kunst, wetenschap en innerlijke vrijheid, p. 69. Uitg.: Christofoor, ISBN 9789060382639. Citaat oorspronkelijk uit een verhaal van Marten Toonder.
- ↑
Tistaert
, G.; S. Janssens, F. Laevers, M. Kog en M. Pex (1995). Praktijkopleiding van aanstaande leraren, p. 305. Uitg.: Garant, ISBN 9789053504048.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be