Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
wapper. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
wapper, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
wapper in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
wapper is hier. De definitie van het woord
wapper zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
wapper, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Naamwoord van handeling van het werkwoord wapperen.
- In de betekenis van “wip van ophaalbrug”, aangetroffen sinds 1588 (Kiliaan). [1]
- In de betekenis van “trosvormige vrucht”, aangetroffen sinds 1873.
- In de betekenis van “slungel”, aangetroffen sinds 1654.
de wapper m
- (verouderd) slinger, instrument waarmee een zwaaiende beweging wordt gemaakt [2]
- (bouwkunde) (verouderd) wip van de ophaalbrug
- (fruit) een vrucht in trosvorm, bijv. sparrenwapper
- (spreektaal) in lange ~: bijnaam voor een lange, magere man, slungel
- ▸ Druon-Antigoon schijnt tot grooten bijval geroepen. Het libretto behandelt de legende van den Reus en van Lange Wapper... Er bestaat hoop deze opera nog dezen winter te doen doorgaan en in alle geval denkt men ze voor de Van Dyckfeesten in orde te hebben.[3]
- (informeel) (Zeeland) kletsmajoor, veelprater
- (informeel) (Zeeland) mond, waffel
wapper
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wapperen
- gebiedende wijs van wapperen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wapperen
74 % |
van de Nederlanders;
|
86 % |
van de Vlamingen.[4]
|