sjansen met, versieren «J’me suis fait gicler de la boîte parce que j’avais dragué la petite amie du vigile.» Ik ben de tent uitgezet omdat ik sjanste met het...
waaien (spreektaal) afpikken «Jacques ce connard, il a soufflé ma la petite amie.» Die klootzak van een Jacques heeft mijn vriendinnetje afgepikt. (spreektaal)...
(spreektaal) pikken, jatten, achterover drukken «Il m'a piqué ma petite amie.» Hij heeft mijn vriendinnetje van me afgepikt. Wouw, Berry van de , Woordenboek...
barboté mon stylo?» Wie heeft mijn pen gepikt? «Eric m'a barboté ma petite amie.» Eric heeft mijn vriendin afgepakt. grondelen «Les canards barboteurs» Grondeleenden...
la boîte parce que j’avais dragué la petite amie du vigile.» Ik ben de tent uitgezet omdat ik sjanste met de vriendin van de bewaker. (spreektaal) ejaculeren...
«C’est qui la nénette qui parle avec Jean? – C'est sa petite amie!» Wie is die griet die met Jean staat te praten? – Dat is zijn vriendin! (spreektaal)...
en envers la faire à l'envers (spreektaal) bedriegen, liegen «Ma petite amie, elle me l'a fait à l’envers en me racontant qu’elle avait passé la nuit...
lettergrepen) vrien·din Afgeleid van vriend met het achtervoegsel -in. de vriendin v een vrouwelijk persoon met wie je een speciale persoonlijke band hebt...
meervoud zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord mannelijk ami l'ami amis les amis vrouwelijk amie l'amie amies...