zittingstermijn

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord zittingstermijn. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord zittingstermijn, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je zittingstermijn in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord zittingstermijn is hier. De definitie van het woord zittingstermijn zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanzittingstermijn, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • zit·tings·ter·mijn
enkelvoud meervoud
naamwoord zittingstermijn zittingstermijnen
verkleinwoord

de zittingstermijnm

  1. tijd dat iets of iemand een bepaalde functie vervult
     Tijdens de bondsvergadering op maandag 27 mei wordt de nieuwe bondsvoorzitter benoemd. Deze volgt in december Michael van Praag op, die vanwege het bereiken van zijn maximale zittingstermijn aftreedt.[2]
  2. tijd dat een vergadering, college of raad bij elkaar komt
     ,,Er is geen noemenswaardig bezwaar de behandeling (...) met enkele weken uit te stellen. Het gaat om beleid dat de komende decennia zijn beslag beoogt te krijgen. U staat bekend als zelfstandig denker en hoeder van instituties. Het zal het vertrouwen in de Haagse politiek (...) schaden als dit voorstel er in in de laatste weken van de zittingstermijn van de oude Eerste Kamer doorheen wordt geloodst.’’[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “Bondsbestuur draagt Spee voor als opvolger Van Praag bij KNVB” (03-05-2019), Tubantia
  3. Bronlink Weblink bron
    Tobias den Hartog
    “Forum in brief aan Eerste Kamer: wacht met behandeling Klimaatwet tot nieuwe senaat” (02-04-2019), Tubantia