Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
zoet. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
zoet, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
zoet in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
zoet is hier. De definitie van het woord
zoet zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
zoet, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘niet zout, aangenaam’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901
- Middelnederlands: suote (1220), sute (1240), zoete (1290)
- Oudnederlands: suoti, suoze
- Germaans: *swōtu-
- Indo-Europees: *swéh₂du-
|
|
- West: Engels: sweet (Angelsaksisch: swēte), Duits: süß, (Oudhoogduits: suozzi), Fries: swēte (Oudfries: swiet)
- Noord: Zweeds: söt, Deens: sødt, Noors: søt, (Oudnoords: sœtr), IJslands: sætur, Faeröers: søtur
|
zoet
- ter omschrijving van een vaak als aangename ervaren smaak zoals die van suiker
- Dat is een nogal zoete drank, zeg!
- ▸ Om de haverklap stopte ik om de zoete bessen te plukken waardoor mijn handen paars kleurden van hun sap.
- (van water) geen zout bevattend
- ▸ Nochtans waermen yet diepe inde steenrootse houdt, men vindt ter zoet water, recht oft bij mirakelen daer God verleende. Inden midden dweers dore loopt eene adere vander zee, zo wijdt datter rechts een cleen sceepkin duere varen mach, ende niet wijder.
- (figuurlijk) aangenaam voor sommige zintuigen
- Heerlijk, die zoete geur.
- (figuurlijk) (verouderd) (van personen, God) bemind
- ▸ O zoete here, dor al dit leet
Ende dor dijn bloedighe zweet
Ende dor dine hande ./ ic die anebede,
Dattu mi absolveers te handen
- (figuurlijk) (van kinderen) gehoorzaam, braaf
- Wees even een zoete jongen, ik ben zo terug.
1. ter omschrijving van een vaak als aangename ervaren smaak zoals die van suiker
het zoet o
- snoepgoed, voornamelijk zuigbaar
zoet
- enkelvoud tegenwoordige tijd van zoeten
- gebiedende wijs van zoeten
100 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.
|
- ↑ "zoet" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ zoet op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Weblink bron
Ambrosius Zeebout
Tvoyage van Mher Joos van Ghistele (1557) in: R.J.G.A.A. Gaspar (ed.)
Tvoyage van Mher Joos van Ghistele (1998), Verloren, Hilversum, p. 391 op dbnl.org
- ↑ Weblink bron
Anoniem
De spieghel der menscheliker behoudenesse (1557) in: Instituut voor Nederlandse Lexicologie (samenstelling en redactie)
De spieghel der menscheliker behoudenesse (1949), Sdu Uitgevers/Standaard Uitgeverij, Den Haag/Antwerpen, fol. 110d op dbnl.org
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be