Geluid: aangravend (hulp, bestand) aan·gra·vend aangravend onvoltooid deelwoord van aangraven...
Geluid: aangraven (hulp, bestand) aan·gra·ven samenstelling van aan bw en graven ww aangraven (verouderd) een stuk land door het graven van een...
van aangraven Ik graaf aan. gebiedende wijs van aangraven Graaf aan! (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangraven Graaf...
enkelvoud tegenwoordige tijd van aangraven Jij graaft aan. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangraven Hij graaft aan. (verouderd) gebiedende...
Geluid: aangegraven (hulp, bestand) aan·ge·gra·ven vervoeging van aangraven: voltooid deelwoord (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling...
tegenwoordige tijd van aangraven ... dat jij aangraaft. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangraven ... dat hij aangraaft...
Geluid: groef aan (hulp, bestand) groef aan groef aan enkelvoud verleden tijd van aangraven Ik groef aan. Jij groef aan. Hij, zij, het groef aan. ...
Geluid: groeft aan (hulp, bestand) groeft aan groeft aan gij-vorm verleden tijd van aangraven Gij groeft aan. ...
aangraaf (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangraven ... dat ik aangraaf. Het woord 'aangraaf' staat niet in de Woordenlijst...
bestand) aan·groef aangroef (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aangraven ... dat ik aangroef. ... dat jij aangroef. ... dat hij, zij, het aangroef...