vervoeging van het Spaanse werkwoord encarrilarse Infinitief (infinitivo) Voltooid deelwoord (participio) Onvoltooid deelwoord (gerundio) encarrilarse...
encarrilare aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van encarrilar aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd...
encarrilaren aanvoegende wijs derde persoon meervoud toekomende tijd (futuro) van encarrilar...
encarrílese gebiedende wijs (bevestigend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van encarrilarse...
encarrilémonos gebiedende wijs (bevestigend) eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van encarrilarse...
encarrilaos gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van encarrilarse...
encarrílense gebiedende wijs (bevestigend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van encarrilarse...
encarrílate gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van encarrilarse...