toekomend zullen ontmaagden te zullen ontmaagden voltooid tegenwoordig hebben ontmaagd te hebben ontmaagd toekomend ontmaagd zullen hebben ontmaagd te zullen...
enkelvoud tegenwoordige tijd van ontmaagden Ontmaagd je? ontmaagd voltooid deelwoord van ontmaagden Het woord ontmaagd staat in de Woordenlijst Nederlandse...
Geluid: ontmaagdde (hulp, bestand) ont·maagd·de ontmaagdde enkelvoud verleden tijd van ontmaagden Ik ontmaagdde. Jij ontmaagdde. Hij, zij, het ontmaagdde...
ontmaagdden (hulp, bestand) ont·maagd·den ontmaagdden meervoud verleden tijd van ontmaagden Wij ontmaagdden. Jullie ontmaagdden. Zij ontmaagdden...
Geluid: ontmaagdend (hulp, bestand) ont·maag·dend ontmaagdend onvoltooid deelwoord van ontmaagden Het woord ontmaagdend staat in de Woordenlijst Nederlandse...
Geluid: ontmaagdende (hulp, bestand) ont·maag·den·de ontmaagdende verbogen vorm van ontmaagdend, het onvoltooid deelwoord van ontmaagden Het woord...
enkelvoud tegenwoordige tijd van ontmaagden Jij ontmaagdt. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontmaagden Hij ontmaagdt. (verouderd) gebiedende...