aanstort

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanstort. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanstort, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanstort in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanstort is hier. De definitie van het woord aanstort zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanstort, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • aan·stort
vervoeging van
aanstorten

aanstort

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten
    • ... dat ik aanstort. 
  2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten
    • ... dat jij aanstort. 
  3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten
    • ... dat hij aanstort. 
42 % van de Nederlanders;
35 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be