10 Resultaten gevonden voor "agredir/".

agredir

agredir a·gre·dir aanvallen [1] atacar, embestir...


agrediré

agrediré eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van agredir...


agrediría

agrediría eerste persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van agredir derde persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van agredir...


agredimos

agredimos eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van agredir...


agreda

tegenwoordige tijd (presente) van agredir aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (bevestigend en...


agredía

agredía eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van agredir derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van agredir...


agrede

persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...


agrediere

aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van agredir aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van agredir...


agredas

persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...


agredáis

persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...