agrediría eerste persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van agredir derde persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van agredir...
agredimos eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van agredir...
tegenwoordige tijd (presente) van agredir aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (bevestigend en...
agredía eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van agredir derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van agredir...
persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...
aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van agredir aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van agredir...
persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...
persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van agredir...