bedruk (hulp, bestand) be·druk bedruk eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedrukken Ik bedruk. gebiedende wijs van bedrukken Bedruk! ...
Geluid: bedrukken (hulp, bestand) be·druk·ken afgeleid van drukken met het voorvoegsel be- bedrukken overgankelijk een tekst of afbeelding op iets...
Geluid: bedrukkend (hulp, bestand) be·druk·kend bedrukkend onvoltooid deelwoord van bedrukken...
bedrukkende (hulp, bestand) be·druk·ken·de bedrukkende verbogen vorm van bedrukkend, het onvoltooid deelwoord van bedrukken Het woord 'bedrukkende'...
Geluid: bedrukkingen (hulp, bestand) be·druk·kin·gen de bedrukkingen mv meervoud van het zelfstandig naamwoord bedrukking...
van bedrukken Jij bedrukt. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedrukken Hij bedrukt. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bedrukken Bedrukt...
verleden tijd van bedrukken Ik bedrukte. Jij bedrukte. Hij, zij, het bedrukte. verbogen vorm van bedrukt, voltooid deelwoord van bedrukken bedrukte verbogen...
Geluid: bedrukking (hulp, bestand) be·druk·king afleiding van Naamwoord van handeling bedrukken met het achtervoegsel -ing de bedrukking v afbeelding...
Geluid: bedrukten (hulp, bestand) be·druk·ten bedrukten meervoud verleden tijd van bedrukken Wij bedrukten. Jullie bedrukten. Zij bedrukten. ...
Geluid: weerdruk (hulp, bestand) weer·druk Samenstelling van weer en druk de weerdruk m de bedrukking van de achterzijde van een vel papier schoondruk...