beenfractuur

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord beenfractuur. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord beenfractuur, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je beenfractuur in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord beenfractuur is hier. De definitie van het woord beenfractuur zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbeenfractuur, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • been·frac·tuur
enkelvoud meervoud
naamwoord beenfractuur beenfracturen
verkleinwoord

de beenfractuurv

  1. (medisch) breuk van een bot in een been
     In Rotterdam is rond 12.20 uur de eerste gipsvlucht van deze winter geland. In het vliegtuig uit Oostenrijk lagen twaalf wintersporters. Elf van hen hadden een beenfractuur. Een vrouw had meervoudig letsel opgelopen en moest worden vervoerd op een stretcher.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 januari 2023 Weblink bron “Eerste gipsvlucht geland in Rotterdam” (Donderdag 29 december 2011, 14:00), NOS