beenstuk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord beenstuk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord beenstuk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je beenstuk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord beenstuk is hier. De definitie van het woord beenstuk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbeenstuk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • been·stuk
enkelvoud meervoud
naamwoord beenstuk beenstukken
verkleinwoord beenstukje beenstukjes

het beenstuko

  1. (kleding) (deel van) een kledingstuk dat het been bedekt
     De gewezen Beer van Lemmer, 52 inmiddels, had nimmer kunnen bevroeden dat het antwoord daarop in zoiets onbenulligs zou schuilen als het beenstuk van een schaatspak dat niet aansluit op de schoen van de schaats.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron
    Luuk Blijboom
    “Ritsma ondanks drama tevreden over WK-debuut, maar: 'Moet iets gebeuren voor laatste stap'” (Zaterdag 4 maart, 09:35), NOS